Vandaag is het 1 juli. Volgens de kalender is het kampeerseizoen op camping Stortemelk precies op de helft. Vorige week had ook zo’n magische dag: 21 juni.
De dag met de meeste uren zonlicht van het jaar die wij op Vlieland hebben beleeft. Die datum beschouw ik als een hoogtepunt in het jaar en het heeft volgens mij ook iets treurigs. We gaan vanaf deze zonnewende met het daglicht gestaag naar de kortste dag van het jaar. Als een klok die aftelt.
Als ik terugkijk op de eerste helft van het seizoen dan ben ik best tevreden. Een tijdje geleden sprak ik nog iemand die met mij in de rij bij de kassa stond te wachten. Smalltalk, over het weer. De mevrouw vertelde mij dat zij toch wel naar het buitenland gaat om zeker te zijn van het mooie weer tijdens haar vakantie. Ik hoorde mijzelf antwoorden dat ik al vanaf 6 april op de Wadden kampeer en over het weer dik tevreden ben. We praatten langs elkaar heen. Deze mevrouw wilde wachten om te genieten van mooi weer. Naast haar stond iemand die sinds de tweede week van april al heel bewust van het weer aan het genieten was.
Deze week zag ik een nieuwsbericht met de vervelende kant van zomers weer. Droogte. Volgens het jeugdjournaal nog geen reden voor drastische maatregelen, er is nog water voldoende. Er werd wel gevraagd wat bewuster om te gaan met dit schaars goed omdat de spitstijden de druk op het waterleidingnetwerk zou kunnen verlagen.
Ook de burgemeester van Vlieland heeft maatregelen getroffen, een verbod op barbecue en open vuur op het hele Eiland. Door dit water-nieuws moest ik denken aan een campagne uit de jaren 80. Ik vraag mij wel eens af hoe ik als puber ben omgegaan met water. Of ik net zo laconiek als onze kinderen heb gereageerd op het commentaar van mijn ouders. Dat vijftien minuten douchen echt teveel is. Er zal heus een dag komen dat ook dit onderwerp met interesse van beide kanten zal worden besproken. Tot die tijd hebben wij in onze douche een zandloper en in de douche op Stortemelk de onverbiddelijke timer.